Het aardwarmteproject in Leeuwarden krijgt een vervolg. Het consortium Warmte van Leeuwarden heeft het besluit genomen om, na de boring van de eerste put eind 2021, de boring van de tweede put voor te bereiden. Na de eerste boring bleek na diverse brontesten dat de aardwarmtebron minder vermogen had dan verwacht. Hierdoor heeft de bron een beperktere capaciteit en is de financiële haalbaarheid een uitdaging. Toch is besloten het project een vervolg te geven.
Ivar Nijenhuis, directeur van Geocombinatie Leeuwarden: “Aardwarmte is duurzaam en betrouwbaar, en daarom een goed alternatief voor gas. Het project in Leeuwarden is erg belangrijk voor de verdere ontwikkeling van aardwarmte in de gebouwde omgeving in Nederland. We doen er dus alles aan om het project te laten slagen.
De beperkte doorlaatbaarheid van de ondergrond hebben we niet kunnen oplossen, maar na uitgebreide bestudering van alle data kunnen we de gevolgen ervan en de risico’s nu goed inschatten. Door het toevoegen van een warmtepomp kan er meer worden uitgekoeld waardoor het vermogen en rendement van de bron toenemen. Hiervoor moeten echter de vergunningen worden aangepast. Ook vragen we een nieuwe subsidie aan voor het project.
Het project kan verder verbeterd worden door de overcapaciteit in de zomer nuttig in te zetten. We zijn in gesprek met warmte-afnemers die in zomer veel warmte willen afnemen. Daarnaast zullen we in het eerste kwartaal van 2023 een ondiepe boring doen om te onderzoeken of we de overtollige zomerwarmte op kunnen slaan in de ondergrond, om die warmte dan in de winter, als er meer warmtevraag is, weer te kunnen leveren.
De tweede boring staat in het derde kwartaal van 2023 gepland. Dat moment wordt bepaald door de levertijd van o.a. de stalen buizen in de put die we nu gaan bestellen. In de tussentijd werken we met alle partners hard aan de eerdergenoemde verbeteringen van het project.”
Het voorbereiden van de boring van de tweede put is de volgende stap in het leveren van aardwarmte in Leeuwarden. Het uiteindelijke doel blijft om eind 2024 de eerste levering van aardwarmte te realiseren.